jeugdcriminaliteit
logo

Jongeren die vanwege crimineel gedrag met Justitie in aanraking komen, kampen vaak met vaardigheidstekorten. Wanneer een jongere niet goed in staat is om bijvoorbeeld zijn grenzen te bewaken of niet goed weet om te gaan met autoriteiten, geld, drugs of alcohol, kunnen er problemen ontstaan. Denk hierbij aan slecht functioneren op school, beïnvloeden door delinquente leeftijdsgenoten of problemen met ouders. In de Tools4U training werkt de jongere aan het versterken van prosociale cognitieve en sociale vaardigheden te versterken. Dit vermindert de kans dat een jongere in de toekomst nieuwe delicten zal plegen.

Tools4U kan in verschillende varianten door de Officier van Justitie of de Kinderrechter worden opgelegd als leerstraf of als onderdeel van een gedragsbeïnvloedende maatregel aan jongens en meisjes (IQ > 85) van 12 tot 18 jaar.

Afhankelijk van de doelen is er een korte variant van 8 bijeenkomsten en een lange variant van 12 bijeenkomsten. Het traject bestaat uit:

  1. Kennismaking, informatieverzameling en bewustwording (2 bijeenkomsten).
    In de eerste fase wordt informatie verzameld over de situatie en het functioneren van de jongere. De trainer maakt een competentieanalyse, waarin de ontwikkelingstaken centraal staan. Daarnaast maakt de trainer een delictanalyse op basis van de delictbespreking en de kosten-batenanalyses over het plegen van delicten. De trainer gebruikt de competentie- en delictenanalyse om de trainingsdoelen vast te stellen, die samen met de doelen van de jongere, ouders en de Raad voor de Kinderbescherming worden verwerkt tot een trainingsplan.
  2. Training van vaardigheden (6 of 10 bijeenkomsten).
    In de tweede fase worden vaardigheden getraind met behulp van cognitieve en gedragstherapeutische technieken. Huiswerkopdrachten maken standaard deel uit van de bijeenkomsten, waarbij de jongere wordt gestimuleerd om nieuwe vaardigheden uit te proberen in de dagelijkse werkelijkheid. Om de transfer en de relevantie van de training voor de jongere verder te vergroten, wordt in de training aangesloten bij actuele gebeurtenissen in het dagelijks leven van de jongere.
  3. Afsluiting (1 bijeenkomst).
    In de laatste fase van de training worden de belangrijkste vaardigheden uit de training nogmaals geoefend en evalueren de trainer en de jongere de training. In aanwezigheid van de coördinator taakstraffen en de ouders vindt het eindgesprek plaats, waarin de jongere een korte presentatie geeft over de training. Tenslotte wordt de training gezamenlijk geëvalueerd en afgesloten.

Er is een variant waarbij de ouders een actieve rol spelen: Tools4U Plus. Ouders volgen 2 bijeenkomsten mét kind (over communiceren en afspraken maken) en 2 bijeenkomsten zonder kind (over monitoren en problemen oplossen). Deze training wordt ingezet als het kind 15 jaar of jonger is en/of als ouder problemen hebben met monitoring en tekorten ervaren in probleemoplossingvaardigheden.